Tuimelaar
Tuimelaar staat voor het raam
Heen en weer te wiegen
Hij ziet de bloemen in de tuin
Hij ziet de vogels vliegen
Tuimelaar staat in de zon
Heen en weer te zwaaien
Hij ziet de hoge bomen staan
Hij ziet de blaadjes waaien
Hij heeft een knalblauw broekje aan
Hij draagt een vuurrood petje
En komt hij bijna stil te staan
Dan geef ik hem een zetje
Tuimelaar staat voor het raam
Heen en weer te wiegen
Hij ziet de bloemen in de tuin
Hij ziet de vogels vliegen
Tuimelaar staat in de zon
Heen en weer te zwaaien
Hij ziet de hoge bomen staan
Hij ziet de blaadjes waaien
Hij heeft een knalblauw broekje aan
Hij draagt een vuurrood petje
En komt hij bijna stil te staan
Dan geef ik hem een zetje